Bijna alles valt te meten, wegen of benoemen: het oliepeil van je auto, je gewicht, je pensioenrechten. Zelfs de fases in liefdesverdriet. Dat lijkt heel anders te zitten met je geestelijke groei. Maar schijn bedriegt. Je kunt wel degelijk zien, waar jij staat als het gaat om je persoonlijke – of zo je wilt, spirituele – groei. En wat je volgende stap is.
Vraag je je af of je al met je auto naar de garage moet? Check je kilometerstand. Benieuwd hoe je carrière ervoor staat? Bekijk je functieomschrijvingen en loonschalen van de afgelopen jaren. Zelfs als je wilt weten in welke fase van liefdesverdriet je zit, biedt een tijdschriftquiz het antwoord: aha, je zit in de woede-/ontkennings-/acceptatiefase! Toch lijkt op die ‘meet het en je weet het’-regel ten minste één uitzondering te bestaan. Want hoe meet je de fases van je persoonlijke, ofwel geestelijke groei? Die lijkt ongrijpbaar.
Toch bedriegt de schijn. Als je de inzichten van spirituele denkers en schrijvers combineert, ontstaan gemeenschappelijke kenmerken. En daaruit kun je met wat goede wil fases van geestelijke groei destilleren. Wel kun je over de precieze indeling twisten en kun je voor de term ‘fase’ misschien beter ‘niveau’ lezen. Want het niveau van je groei heeft niets te maken met levensfases. Een zeventigjarige kan in fase 1 van haar of zijn geestelijke groei zitten, en sommige twintigers daarentegen zijn oude zielen in een jong lichaam. Ook kun je op bepaalde vlakken een hoog niveau hebben en op andere minder, volgens de stelregel ‘waar je je aandacht op richt, dat groeit’. Op dit gebied bestaan dus geen wetten van Meden en Perzen. Wel interessante inzichten.
Fase 1: onwetendheid
In deze fase van geestelijke groei doe je wat slecht is voor jezelf én de rest van de wereld. Alleen weet je het niet. Je denken en doen worden beheerst door negatieve gevoelens zoals afweer, veroordeling en machteloosheid. Tegenover anderen én jezelf. Ook leef je alsof je niet bent wie je bent, maar bent wat je presteert. Andermans oordeel kan je maken of breken. Je overwegende drijfveer is angst, wat je vaak niet eens beseft. Met funeste gevolgen. Onevenwichtigheid en depressie liggen op de loer. Je persoonlijke en spirituele groei worden geblokkeerd. Angst leidt tot negatieve uitingen. Of vanuit oosterse principes bekeken: tot slecht karma. Slecht karma is slecht nieuws. Simpel gezegd brengt het slechte dingen op je pad. Zoals het Engelse spreekwoord zegt: what goes around, comes around. Dat blijkt. In deze fase is het niet alleen moeilijk te groeien als persoon, maar ook vriendschap of liefde is lastig te realiseren. Je bent te veel met jezelf bezig om je in anderen te verdiepen. Argwaan en de angst gekwetst te worden doen de rest.
Je geest en je dagelijkse leven
Coach en trainer Marjolein Rikmenspoel schreef het boek Spirituele intelligentie, SQ: de kracht van persoonlijke ontwikkeling. Marjolein: ‘Spiritualiteit is niet alleen voor “op zondag”. Juist de verbinding tussen spiritualiteit en de dagelijkse werkelijkheid is essentieel: inzichten, intuïtie en inspiratie komen pas tot leven als wij in staat zijn ze te vertalen naar actie. Er zijn periodes waarin we meer aan het leren zijn, bezig zijn in onze innerlijke wereld. Op andere momenten zetten we concrete stappen. Dat is dan de uitkomst van een spiritueel leerproces. Spiritualiteit kan op alle gebieden in je leven tot uitdrukking komen: huishouden, vrienden, relatie, werk. Spiritualiteit draait om je levenshouding: het gaat om aandacht en liefde voor jezelf, voor anderen, voor wat je doet. Spirituele ontwikkeling maakt het leven intensiever en rijker, maar het vergt wél energie. Dat heeft gevolgen voor je dagelijkse leven. Het kan nodig blijken om selectiever te worden in wat je wel doet en wat niet. Aan bepaalde dingen wil je je energie nog steeds besteden, aan andere niet. Wanneer je echter signalen herkent van onvrede, of dingen wilt veranderen, is het belangrijk om je te bezinnen voordat je tot actie overgaat. Je leven radicaal omgooien, bijvoorbeeld via een andere baan, is op zich dapper, maar het kán een uitvlucht zijn. Spirituele ontwikkeling verloopt geleidelijk en kost inspanning. Maar het heeft altijd positief resultaat, zoals meer ruimte voor jezelf, meer inzicht of meer voldoening.’
Fase 2: verwarring
Vaak is het een schokkende, pijnlijke of ontregelende gebeurtenis die een bewustwordingsproces in gang zet. Je ontdekt dat je niet gelukkig bent met een of meer aspecten van je leven, of dat je leven niet draait om dat wat jij belangrijk vindt. Maar al weet je dát er iets mis is, je kunt er niet de vinger op leggen. Dus bij gebrek aan beter houd je oude gedachten en gedrag vast. Die passen immers als oude pantoffels: vol gaten, maar vertrouwd. Ook positieve verandering doet pijn. Het beëindigt vertrouwdheid en duidelijkheid. Moet het echt anders? Eigenlijk wil je er niet aan. Maar wat dan? Het kernwoord van deze fase: verwarring.
Zeven spirituele waarheden
• Alles is één: jij en de wereld zijn verbonden.
• Eer elkaar: maak relaties zo zuiver mogelijk.
• Eer jezelf: wees net zo goed voor jezelf als voor anderen. Laat beperkende ideeën over je eigen rechten, behoeftes en vermogens los.
• Liefde is macht: bekritiseer jezelf en anderen niet, maar leer liefhebben.
• Je eigen wil is ondergeschikt aan het spirituele plan: zelfbedachte plaatjes als ‘getrouwd op mijn dertigste, carrière voor mijn veertigste’ pakken (bijna) altijd anders uit. En zo is het ook goed.
• Zoek de waarheid: ontrafel leugens tegenover jezelf of anderen. En andermans leugens tegenover jou.
• Vormen zijn eindig, energie niet: lichaam en bezit verdwijnen, maar de energie in dat alles is eeuwig (de jouwe ook).
(Bron: Caroline Myss, Anatomie van de Ziel)
Fase 3: vallen en opstaan
Langzamerhand kom je tot het besef: wat je tot nu toe deed, werkt niet. Je kunt beter aan de slag gaan en je innerlijke ‘troep’ opruimen dan je ex, ouders of buren de schuld te geven en je kop in het zand steken. Maar er blijft weerstand. Oude gewoontes sterven moeilijk. Logisch. Hoe lang heb je niet vanuit oude overtuigingen geleefd? Je was gewend vluchtige bevrediging van buitenaf te zoeken: werkverslaving, affaires, drank, drugs, roken, bezit. Geestelijke groei betekent dat je die bevrediging vanbinnen leert ervaren. De bereidheid aan jezelf te werken groeit, net als je moed om angsten, zelfsaboterende opvattingen en negatieve boodschappen uit je verleden onder ogen te zien. Bereidheid en moed zijn sleutelbegrippen: je verzet je niet meer tegen eerlijkheid over jezelf, maar streeft het na. Door jezelf vragen te stellen over wie je bent, wat je gemaakt heeft tot wie je bent, wat je bewust of onbewust gelooft en wat je van daaruit creëert, ontstaan nieuwe inzichten. Wat beperkende overtuigingen doen, is negatieve patronen creëren in je leven: stukgelopen relaties, moeizame familiebanden, twaalf ambachten en dertien ongelukken. Door overtuigingen te onderzoeken (‘ik deug nergens voor’ of ‘relaties zijn altijd strijd’) verzamel je de benodigde antwoorden voor je persoonlijke groei. Samengevat is deze fase er één van kennis vergaren. Waarom deed je wat je deed, dacht je wat je dacht? Wat is waarheid? Je geestelijke oog valt nu op leermeesters die bij je ontwikkeling passen. Dat kan een schrijver zijn, een gelovige persoon, een filosoof of je yogaleraar. Ze waren er al – maar pas nu ga je ze echt zien.
Een eindeloze cyclus
Geestelijke groei is geen stappenplan naar een eindstation. Afgewisseld door stabiele tijden komen je groeifases steeds terug én verdiepen zich. Nieuwe gebeurtenissen zwengelen nieuwe cyclussen aan. De ene keer loopt je loopbaan vast, de andere keer word je ziek, verhuis je naar het buitenland of stelt je ouderschap je voor uitdagingen. Zo kom je steeds een stap verder. Dit betekent dat je nooit op je lauweren zult rusten. Een tijdje leven in het besef dat alles klopt, gaat onherroepelijk over in een nieuwe cyclus van onrust en verandering. Een mooie symboliek hiervoor komt uit de Griekse mythologie: uit chaos, een gebied van verwarring en inktzwarte duisternis, werd de ordening van het universum geboren… Eigenlijk nog mooier is de klassieke Indiase kosmologie. Die zegt dat fases van ordening en schepping naadloos afgewisseld worden door fases waarin alles weer ongeordend is, een vormeloos geheel dat vanzelf weer tot creatie en vorming overgaat.
Fase 4: bewust het juiste leren doen
Dankzij je spirituele onderzoek weet je nu wat je wilt: geestelijk groeien, in een waarachtige relatie tot je omgeving. Boeddhisten vervatten dat in de twee doelen van verlichting en mededogen. Een heel belangrijk aspect is dat je geloof in een hoger doel, de voorzienigheid, een plan of een goede afloop toeneemt, en je voedt. Angst en wantrouwen tegen jezelf, anderen en het leven worden vervangen door vertrouwen. Vechten maakt plaats voor acceptatie. Het leven is zoals het is en zo is het goed. Je verlaat oude passief-agressieve denkpatronen, zoals ‘alles is de schuld van hem/haar/het leven’. Negatieve gevoelens en meningen worden vervangen door hoop, optimisme, actie, ruimte voor inzichten. Maar je maakt ook bewust ruimte voor je eigen behoeftes en wensen. Je leert, hoe wollig het ook klinkt, jezelf liefhebben. Je beseft dat fouten en gebreken niets van jou zeggen, en al helemaal niet ‘dodelijk’ zijn. Ze vormen eerder interessante materie, een puzzel. Je kring van geliefden wordt in deze fase groter. Wie zichzelf liefheeft en haar behoeftes serieus neemt, heeft vanzelf meer liefde over voor andere levende wezens. Je wilt niet meer afbreken en bekritiseren. Integendeel, je bouwt op. Heel veelzeggend was de reactie van Moeder Teresa, toen ze uitgenodigd werd bij een demonstratie tegen oorlog. Haar antwoord: nee. Als ze daarentegen een mars vóór vrede zouden organiseren, kwam ze zeker…
Fase 5: anders leven als tweede natuur
Dit is de kroon op je geestelijke groeiproces. Een bevrijdende nieuwe manier van denken en handelen hoort bij wie je bent. Je kernwoorden zijn: liefde voor jezelf en anderen, persoonlijke groei en mededogen. Je weet dat je ‘ik’ onlosmakelijk verbonden is met het ‘wij’, en dat het ‘Calimero-gevoel’ tegenover anderen een illusie is. Je ziet meer overeenkomsten dan tegenstellingen, anderen hebben dezelfde gevoelens als jij. Je bent niet meer kwetsbaar vanuit je angsten en zelfsaboterende gedachten. Integendeel, je bent machtig. Niet per se naar wereldse maatstaven, maar wel naar spirituele. Je bent niet afhankelijk van bezit, carrière en de uitkomst van een machtsstrijd met anderen. Je knokt niet meer tegen van alles en nog wat, maar werkt, en wel vóór het leven. Je kunt accepteren wat er is. Je leeft voluit en laat anderen net zo goed leven. Deze fase is met recht een kroon, want het is het hoogst bereikbare, de optimale positie voor je geluk. Daarbij horen hoogdravende woorden, die ver van je af kunnen liggen als je op een gewone dag in de file staat. Maar het is een prachtig doel om naar te streven. Dus waarom zou je de lat lager leggen?
Neelam Pugliese: ‘Ik was manager. Werkte keihard, wilde iedereen pleasen. Ik ging over mijn eigen grenzen heen, kreeg enorme rugklachten. Ook mijn relatie liep slecht. Ik zat vol zorgen: welke kant moest ik op? Er moest iets veranderen. Via mijn werk kende ik Yogini, mozaïeklerares maar ook sanyassin*. Ik ging naar Italië, waar zij en haar man een cursus mozaïek en meditatie organiseren. Ik dacht: lekker mozaïeken, en tussendoor wat mediteren. Wat daar echter gebeurde, was zo bijzonder. We deden de meditaties met een geweldige groep mensen. Het was zo vreugdevol, gaf zo’n gevoel van delen. Maar er kwam ook veel shit uit. Een onderdeel van de meditaties was dat je lekker op een kussen alles van je afsloeg. Bij een ander onderdeel leerde ik gedachten voorbij te laten gaan, ook de vervelende – heel bevrijdend. Ik ervoer hoe je via meditatie liefde en licht laat binnenkomen, energie tot je neemt. Na die ene week had ik bijna letterlijk het licht gezien. Niet dat een spiritueel pad één grote highlight is. Er mag ook boosheid zijn, verdriet, frustratie. Je leert jezelf accepteren en liefhebben, ook als je tegen de groenteboer hebt staan schreeuwen. Van de schrijfster Byron Katie komt de uitspraak ‘You’re all that’. Het is allemaal oké. Ik bleef aan yoga en meditatie doen. Alles waarmee ik zo had geworsteld, leerde ik loslaten. Mijn rugklachten verminderden, ik bloeide op. Nu is alles rond. Ik ben bezig met een opleiding shiatsu-massage, zodat ik de warmte en hartelijkheid uit mijn privé-leven ook in mijn werk kan ervaren. Ik heb een geweldige relatie. Alles wat ik heb gewenst, is naar me toegekomen. Ik ben vervuld.’
* Sanyassin: volgeling van de overleden Indiase spirituele leraar Osho.
Dit is een bewerking van een hoofdstuk uit mijn boek Mijn geluk maak ik zelf wel, uitgeverij Unieboek/Spectrum (uitverkocht)