Vreemdgaan een hype? Het klinkt gek, maar het is wel zo. In het kielzog van psychologen die betogen dat we als mens nu eenmaal niet monogaam zijn, en het beter is als we aan vreemdgaan niet meer zo zwaar tillen. Daarmee ga je voorbij aan een fundamenteel feit: aan vreemdgaan tillen we praktisch allemaal zwaar. Inclusief de vreemdgangers zelf. Zo zijn we als mens óók gebakken.
Vreemdgaan. Een affaire hebben. Buiten de pot piesen, als je het even plat wilt uitdrukken. Het is een hype, wrang uitgedrukt. In bladen en kranten lezen we de verhalen van vreemdgangers, die betogen dat vreemdgaan van hen een leukere partner maakt, voorkomt dat er een scheiding op tafel ligt, enzovoorts. In de online Volkskrant van eergisteren las ik weer zo’n blijmoedig verhaal. Alsof de bedrogen partij eigenlijk geluk heeft dat vreemdgaan deze mevrouw zo veel fijner maakt als partner. En ook deskundigen proberen vreemdgaan ‘bon ton’ te maken. Psychologen voorop. Alleen Esther Perel noemen is eigenlijk flauw, want er zijn er zo veel die deze hype opstuwen, maar zij loopt wel een beetje vooraan in de nuanceringsbrigade. Alleen: of we nu de betogen lezen van psychologen of van vreemdgangers, er ontbreekt één partij die nodig is om het pleidooi voor een affaire geloofwaardig te maken. Namelijk de bedrogen partij. En dat is niet voor niets.
Wat jij niet wilt dat jou geschiedt….
Aan vreemdgaan zit één duidelijk kenmerk. Dat is het bedrog. Anders hebben we het over polyamorie, het openlijk zijn in het hebben van meerdere partners. Met bedrog is iets aan de hand, en het zou niet eens nodig moeten zijn om het uit te spellen maar vooruit: bedriegen is gemakkelijker dan bedrogen worden. Je hebt namelijk een keuze gehad en de ander niet. Je hoeft evenmin te leren leven met het besef dat je intiemste levensgenoot oneerlijk is of was. Bedrog ontdekken leidt vaak tot een relatiebreuk; het is de meest voorkomende reden voor uit elkaar gaan. En al zou dat niet zo zijn, de psychische gevolgen van het door je partner bedrogen zijn, zijn minstens even desastreus. Daar is onderzoek over. Maar daar horen we blijkbaar liever niets van. Wie bedrogen is in haar of zijn relatie, blijkt volgens het wetenschappelijke artikel Discovery of a Partner Affair een grotere kans te hebben op een ernstige depressie. Dit is niet het enige onderzoeksartikel dat in die richting wijst. Dankzij Brown, Harris en Hepworth hebben we een schaal van bedreigende gebeurtenissen en hun emotionele gevolgen. Vernedering is een emotie die hoort bij ontdekken dat je partner een affaire heeft of heeft gehad; dat wil zeggen dat wie dit meemaakt, zich minder waard voelt. Voeg daarbij onderzoeken die links hebben ontdekt tussen bedrogen worden en grotere kans op angststoornissen of misbruik van verdovende middelen, en de boodschap mag duidelijk zijn: vreemdgaan maakt meer kapot dan je lief is.
Een affaire: toch meer mannen?
Het is modern om op basis van een buikgevoel of wat je om je heen denkt te zien, te beweren dat vrouwen even vaak vreemd gaan als mannen. Maar al zijn vrouwen aan een inhaalslag begonnen, toch is het percentage echtgenoten dat vreemd gaat of ging volgens meerdere onderzoeken ruwweg dubbel zo groot als het percentage vrouwen die dat doen of deden. Let wel, voor vrouwen is het minder geaccepteerd om vreemd te gaan dan voor mannen, dus het lijkt goed mogelijk dat er ook wat minder vrouwen zijn die de affaire toegeven.
Vreemdgaan moet kunnen? Dat vinden we toch niet
Iets heel dubbels is dat, ook weer volgens onderzoek, het merendeel der mensen vreemdgaan afkeurt. Mensen zijn wellicht seksueel niet monogaam, maar mentaal zijn we dat wel. Zeker als het gaat om onze partner. Genoemde polyamorie terzijde, willen we doorgaans een monogame relatie met een partner die genoeg aan ons heeft. En vreemdgaan is ook niet het stiekem pyjamafeestje dat weleens wordt gesuggereerd. Vreemdgangers blijken doorgaans te kampen met gevoelens van schuld en schaamte. Nog een verrassender feit is dat óók onder degenen die hun partner hebben bedrogen of dat nog doen, volgens meerdere onderzoeken een grotere kans bestaat op depressieve gevoelens. Daarbij moet wel worden opgemerkt dat het bij minstens één van de onderzoeken ging om koppels die in therapie waren, dus mogelijk al open staan voor kritisch kijken naar de eigen persoon. Overigens is therapie zeker geen garantie voor overleving van de relatie gebleken: koppels met een verleden van ontrouw zijn vijf jaar na de therapie ruim drie keer vaker gescheiden dan koppels die met andere problemen in therapie gingen.
Waarover ging het ook weer?
Even voor de goede orde. Waarover ging het ook weer in een relatie? Eeuwige romantiek? Altijdddurende aantrekkingskracht? Constant door elkaar geboeid zijn? Of draait een relatie, alle hypes ten spijt, uiteindelijk nog het meest om elkaar kunnen vertrouwen, bepaalde dingen exclusief met elkaar delen, zorgvuldig ermee omgaan dat je partner op zijn of haar kwetsbaarst is in de seksualiteit die je samen deelt? Is de discussie die we moeten voeren echt gebaseerd op de noodzaak om ontrouw wat lichter op te gaan vatten? Of zouden we juist meer onze stinkende best moeten gaan doen om onze relatie-ethiek hoog te houden, volgens de gulden ethische regel die al duizenden jaren klopt voor elk leven wezen: namelijk, ‘Wat jij niet wilt dat jou geschiedt, doe dat ook een ander niet.’ Ik zou niet durven beweren dat dat een garantie is tegen het zwakke vlees dat de mens nu eenmaal heeft, zeker nu seksualiteit in onze maatschappij tot de heilige graal is verklaard, met passie als goede tweede. Maar als de hype rondom vreemdgaan de huidige koers blijft varen, vallen er beslist steeds meer slachtoffers in de vorm van geestelijk gedeukte mensen, relaties én zelfrespect. Bij vreemdganger, en bij de bedrogen partij. Die hype die wil dat we lichter gaan denken over vreemdgaan kan beter vandaag dan morgen ter grave worden gedragen.